Ergens op de uitgestrekte steppe van Oekraïne, of op de rokerige vlakten van de industriële Donbass-regio, moet een hele bijzondere fabriek staan. Ze maken er kleine hokjes, net groot genoeg voor een mens. De fabriek produceert verschillende kwaliteiten: duurdere hokken zijn stevig, en hebben gespiegeld glas aan de buitenkant. De goedkopere variant lijkt, als goedkope diepvriespizza’s, wel van karton. Ieder hokje heeft een deur aan de zij-of achterkant. Een mysterieus, geel bord met cijfers aan de buitenkant en een klein luikje aan de voorkant waardoor je flink bukken moet wil je het mens dat in het hokje zit, kunnen aankijken. Maar dat is niet de bedoeling.
De mensen in de Oekraïense hokkenfabriek hebben het erg druk. Want iedere winkel in Oekraïne, en er komen er steeds meer bij, heeft zo’n hok nodig. Hier moeten de mensen hun dollars of euro’s omwisselen voor hryvnya’s (spreek uit grivnja), het lokale geld. En omdat iedereen hier het liefst in contanten en dan nog het liefst in dollars of euro’s wordt uitbetaald, moeten ze voordat ze in de winkel iets kunnen kopen eerst die dollars omwisselen. Zodoende hebben de zweterige en chagrijnige dames in die hokjes het ook druk. De hang naar harde valuta heeft te maken met de verschrikkelijke roebelcrises in de jaren negentig.
Je ziet de hokken ook op straat of in ondergrondse gangen naar de metro. Dan is het geen geldwisselstation maar een sigarettenkiosk of winkel. Dan zijn ze soms iets ruimer bemeten en is de voorkant van glas. Toch blijft de verkoper nog steeds onzichtbaar omdat de ruiten zijn dichtgebouwd met koopwaar. Je kunt het gewenste artikel aanwijzen, op de een of andere manier kan de hokverkoper dat zien, of je roept richting luik wat je nodig hebt. Daarbij moet je wel eerst een bankbiljet door het luik steken want anders gaat de onzichtbare hokbewoner, wiens aanwezigheid slechts via zweetlucht of gesnauw wordt opgemerkt, niet tot actie over.
Ik was weer in dorp L. waar ik teveel wodka dronk, erg heb gelachen. Ook kreeg ik het vervolg te horen op het verhaal van de nachtelijke overval tussen de zonnebloemvelden. Het slachtoffer, de behoorlijk in elkaar geslagen buurman, die net als zijn vrouw met ductape en touwen was vastgebonden door vier gemaskerde mannen, heeft een jongere broer die al net zo ondernemend is als hijzelf. Deze broer verkoopt geen Duitse tractoren maar werkt als persoonlijk assistent voor de voorzitter van het Oekraiense parlement, Oleksandr Moroz, de socialist die in sommige kringen wordt beschouwd als de Judas van de Oranje Revolutie omdat hij zich in 2006 opeens achter Janoekovitch (de conservatieve rivaal van President Joesjenko) schaarde en daarmee de Oranje coalitie om zeep hielp. Maar dat terzijde.
De broer van de buurman vertelde over het drama aan zijn baas Moroz. Die pleegde een telefoontje naar de belangrijkste politiecommissaris in het hoofdstadje van de regio. Binnen een week was de bende opgerold. Ze waren verantwoordelijk voor een hele reeks vergelijkbare overvallen en zitten inmiddels voor 6 tot 15 jaar achter de tralies. Het bizarre feit is alle bendeleden hele jonge (18-21-jarige) rijkeluiszoontjes zijn. Waarschijnlijk was hen al een tijdje de hand boven het hoofd gehouden. Maar nu hadden de papjongetjes met pistolen een fout begaan: kom niet aan de broer van de persoonlijk assistent van de voorzitter van het parlement. Dan reikt er een lange arm uit Kiev en ben je uitgespeeld.
Op de dagen dat ik niet door Kiev zwerf om ergens een interview af te nemen, dwing ik mezelf de hele dag thuis, in mijn lelijke gemeubileerde appartement te zitten, te schrijven en na te denken over mijn boek. Dat lukt niet altijd. Soms neem ik, stijf in de schouders van het gehang boven een boek of laptop, een bad en dat helpt. Alsof het de bloedtoevoer naar de hersenen verbetert.
Gisteravond was ik er weer even uit, op bezoek bij mijn Oekraïense vrienden K. en L. die onlangs zijn getrouwd. K. is een intelligente en excentrieke Oekraïner die zo teleurgesteld is in de politiek dat hij abrupt stopt met praten als je het onderwerp ook maar enigszins durft te schampen tijdens de conversatie. En hij drinkt niet. In de oostelijke industriestad waar hij vandaan komt zag hij teveel mensen kapot gaan aan de drank. Daarom staat zijn koelkast vol halflege flessen wodka, overgebleven van zijn bruiloft in april. K. raakt ze niet aan. Hij houdt meer van ‘boeken lezen’, codetaal voor iets dat in Nederland vrij verkrijgbaar is in tegenstelling tot sommige andere landen. Soms denk ik wel eens dat ik daarom een speciaal plaatsje in het hart van K. heb: ik kom immers uit het boekenparadijs. In Oekraïne zijn boeken niet altijd voorhanden. In zulke perioden is K. wat norser dan gewoonlijk.
Gisteravond, een avond zonder zijn geliefde lectuur, zag ik de plicht van de Oekraïense gastheer belichaamt in mijn vriend K. Terwijl zijn lieve vrouw aardappelpannenkoeken stond te bakken schonk hij traditiegetrouw wodka in voor ons drieën. Er moest gedronken worden op mijn terugkeer naar Kiev, op mijn geliefde die thuis was gebleven en op de vriendschap der volkeren. Za droezjba.
In het afgelopen weekend heb ik met wat Nederlandse kennissen van vorig jaar weer eens kunnen proeven aan het goede Nederlandse expatleven in Kiev. Na het diner in een Frans restaurant reden we in een SUV mét chauffeur, naar een Ibiza Party. Het feest was georganiseerd in een strandclub gelegen op een van de feesteilanden middenin de de Dniepr, de brede rivier die dwars door Kiev stroomt. De club heeft een decor dat doet denken aan Miami Vice: witte banken, grote dansvloer geflankeerd door twee blauwe zwembaden waar ieder moment (half)naakte meiden in kunnen springen.
Het vermaak in de feesttent bestond uit een 21e eeuwse versie van Penny de Jager's Showballet. Daarna volgde een bikinishow die meer weg had van een lingeriepresentatie omdat er ook veel kant en gordels aan te pas kwamen. De modellen waren prachtige jonge vrouwen die als hoogbenige, pasgeboren hertjes voortwankelden op veel te hoge en dunne hakken. Enigzins onttoverend waren de niet altijd even goed verborgen inlegkruisjes die ieder model in haar broekje droeg. De setjes moesten na de show waarschijnlijk weer terug naar de winkel om verkocht te worden.
Eenmaal in de club groeide de groep Nederlandse expats gestaag. Er werden rondjes gegeven en men dronk wodka als een Hollandse kopstoot: met een biertje erbij. Zonder zure augurken en vette hapjes vind ik wodka toch meer lijken op een middel tegen jeugdpuistjes. Bovendien loop je zo een veel groter risico op een kater en/of braken en met dat laatste dreigde een stomdronken Brabantse ondernemer al snel.
Aan de Nederlandse tafel in de Ibiza-club waren de mannen in de meerderheid. Oekraïne voor ondernemers heeft toch nog wel die cowboysfeer, het wilde oosten. Het waren stuk voor stuk zakenlieden of ingenieur-types werkzaam bij oliemaatschappijen of in de software. Type student uit Enschede of Delft, met andere woorden: geen knapperds.
Toch hebben deze mannen hier in Kiev geen gebrek aan belangstelling van de knapste en meest sexy meisjes die al op 50 meter afstand kunnen ruiken dat het een buitenlander betreft. De mannen hadden allemaal iets glunderends over zich, zoals ze stonden te draaien en genieten van de aandacht. Toch maakte de bravoure opeens weer plaats voor schuchterheid toen de avond ten einde liep. Misschien kwam het door de kopstoten of misschien wel door de opmerkzame blikken van het handjevol Nederlandse vrouwen die samenschoolden in een hoek van de diepe, witlederen bank. 'Onze jongens' waren dronken en moe. Ze gingen stuk voor stuk alleen naar huis.
Mijn gemeubileerde appartement in Kiev is voorzien van draadloos internet en airconditioning, geen overbodige luxe aangezien het hier de laatste tijd meer dan 35 graden is. En aangezien ik hier nog drie weken alleen zit is internet een fijne lijn met de buitenwereld (lees: Nederland). Wat aan dit appartement ontbreekt zijn een kurkentrekker en blikopener; snel opgelost met een bezoek aan de supermarkt.
Mijn probleem bestaat uit wat er in dit appartement wél te vinden is. Ik ben sinds enige tijd gestopt met roken. Maar zie nu de linkerbovenhoek van onderstaande foto. Eenzaamheid en drie weken zonder blikopener of espressopotje overleef ik wel. Maar die sigaretten, wat doen die in mijn keukenkastje?! Ik moet snel met een klein vuilniszakje vol Marlboro’s richting container op de binnenplaats.
Misschien ben ik wat beïnvloed door het dagelijks urenlang, onafgebroken lezen in Charlotte Brontë’s ‘Wuthering Heights’ maar opnieuw ontdek ik verbanden tussen het Oekraïne van nu en de Europese 19e eeuw. Ik zie het terug in de bizar grote verschillen tussen de verschillende bevolkingsgroepen (5% steenrijk, 8% lagere middelklasse, 87% straatarm) in vervoersmiddelen als paard en wagen, in de koppen van mijnwerkers op het nieuws, de bloemenverkoopsters, mismaakte bedelaars en zwerfkindertjes op straat. Maar ik zie het ook terug in bepaalde opvattingen of bijgeloof.
Zo zei de 21-jarige Olga me onlangs dat ik gevaar liep door bij temperaturen van 38 tot 40 graden buiten, tweemaal daags een koude douche te nemen. Als zij een koude douche neemt, zo beweert de fragiele Oekraïense, heeft zij binnen het uur een flinke koorts te pakken. Ook vertelde ze mij dat haar vader pijn aan zijn rug heeft, een ziekte die eveneens het hart zou verzwakken. Misschien moet iemand mij beter informeren maar als ik dit soort dingen hoor moet ik denken aan Catherine, Heathcliff en hun aanhang, die bij de minste of geringste regenbui op de Noordengelse ‘Moors’ al op een dramatisch sterfbed belanden. Mijn theorie dat de 19e eeuw nog rondwaart in dit land, een idee waar ik al wat langer mee rondloop, is met Olga’s verhalen opnieuw bevestigd.
Ik zat onlangs bij een vriend in Kiev zijn trouwvideo te bekijken en zag zijn schoonouders dansen op dit lied. Eindelijk kon ik iemand vragen naar de zanger die ik een jaar geleden hoorde in de auto van mijn vaste Kievse taxichauffeur Victor. Het is Joe Dassin een Amerikaanse zanger die in het Frans zong en volgens mijn Oekraiense vriend 'het' gezicht was van de Franse chanson in de voormalige Sovjet Unie. Op de video een mooie home made playbackshow. Martijn: deze is voor jou!