woensdag, mei 31, 2006

Andere wereld

Op pad met mijn leraar Russisch en zijn 66-jarige moeder Leda. We bezoeken het kronkelend hellende straatje Andryivski Uzviz waar een keur aan wanstaltige schilderijen is uitgestald. Het laatste weekend in mei is Kiev-weekend en dan komen kunstschilders uit heel Oekraïne hun waar uitstallen op dit Oekraïense ‘Montmartre’. Het ene felgekleurde bomenlandschap na het andere passeert de revue. Het lijkt alsof alle kunstschilders in dit land de hypnotiserende televisiecursus van de Amerikaanse Bob Ross (I think this tree needs a friend) hebben gevolgd.

Leda, een gepensioneerde ingenieur uit een oostelijk industriestadje, geniet zichtbaar. Ze vindt bijna alle schilderijen prachtig. Zodra er echter iets naar abstractie neigt snuift zij verachtend: “Prutswerk!” Haar zoon loopt ondertussen weg te dromen bij de airbrush billen en borsten van een softpornoschilder: “Dat zou mijn stijl zijn als ik kon schilderen!” In zijn klaslokaal hangen abstracte landschappen van goudgeverfde koffiebonen, uit eigen collectie. De door mij gehate fröbelwerken komen regelmatig ter sprake tijdens de les: “Florence, vind jij dat een mooi schilderij?” “Ja, ik vind dat een heel mooi schilderij.” Maar dan in het Russisch.

Mijn leraar staat met zijn moeder een folkloristische volkspicknick in een berkenbos te bewonderen als ik besluit alvast alleen een eindje verder te lopen. In een achteraf hoek vind ik een jong meisje achter een klein tafeltje waarop prachtige handgebonden notitieboekjes met leren kaft en dik schrijfpapier. Mijn oog valt op een kanariegeel exemplaar waarbij een klein geitenhoorntje in de leren omslag verwerkt is. Ik wil het hebben. Een compagnon van het meisje voert het woord: 20 euro, niet minder want heel bijzonder, uniek, hand-gemaakt etcetera. Ik twijfel nog even maar ga dan overstag.

Inmiddels hebben de andere leden van het gezelschap me gevonden. Ze bekijken nieuwsgierig de vreemde kunstboekjes en zien hoe ik er een aanschaf. Pas later dringt het ongemakkelijke van deze situatie tot me door. Leda en haar man, die diabetes heeft waardoor zijn been vorig jaar moest worden afgezet, komen amper rond van hun magere pensioen. En dan geef ik in een vloek en een zucht haar complete weekbudget uit aan een raar kanariegeel notitieboekje. Leda mompelt nog: "Ik heb thuis ook nog wat stukjes leer liggen. Ik had zo zo’n boekje kunnen maken." Ze lijkt niet boos op mij, is eerder verontwaardigd dat ik zou zijn afgezet. “Drugoy mir,” zegt ze als we verder lopen. Ofwel,“andere wereld.” En ik voel me vreselijk decadent.

donderdag, mei 25, 2006

Kvas

Het is inmiddels alweer voorbij maar het was de eerste helft van deze week ongelooflijk warm in Kiev. Even kreeg ik een glimp te zien van wat me deze zomer te wachten staat: zeer bloot geklede vrouwen en rijen mensen voor tankwagens met Kvas. Kvas is een drankje dat ik nog kende van de Russin Tanya waarmee ik in de VS bevriend was. Ze vulde zomers grote glazen potten met oud brood en water en dit liet vervolgens net zo lang staan tot het zuur werd. Ze vond het heerlijk en dwong me een glas van het spul te drinken. Ik vond het smerig maar Oekraïners en Russen zijn dol op Kvas, dat al gedronken werd door de Kiev Rus, de mensen die zich in de 11e eeuw in Kiev tot het Orthodox Christendom bekeerden en daarmee de bakermat vestigden voor de Russische cultuur.



In Nederland hebben we de ijscoman met z’n kar maar daar staan mensen niet voor in de rij zoals ik ze hier bij de geel met blauwe Kvaskarren zie staan. Sommigen bestellen een halve liter, anderen een fles, ik probeer 2 deciliter, even kijken of ik het nog steeds zo vies vind. De mevrouw van de tankwagen spuit een plastic bekertje vol met koel, schuimend vocht, de kleur van ijsthee maar dan troebeler. Echte kvas wordt gemaakt van mout, roggemeel en kokend water. Het goedje smaakt zurig, wel verfrissend maar het bruine drabje onderop het glas laat ik toch maar liggen.

maandag, mei 22, 2006

Tina (4)


Vanwege mijn connecties met Tina Karol heb ik voor het eerst in 10 jaar weer eens naar het Eurovisie Songfestival gekeken. Met stijgende verbijstering zag ik hoe het neusje van de zalm aan Eurotrash zich al playbackend uit de naad danste voor de Griekse televisiecamera’s. De winnaars werden een stel Startrekmonsters uit Finland met een liedje dat leek te zijn gejat uit het repertoire van de Osmond Brothers in hun ruige jaren. Waarom stemden al die nationale jury's op dit idiote bandje? Alsof je oma opeens met een navelpiercing en tatoeages aan komt zetten, zo misplaatst. En Tina? Zij belandde ergens op de 10e of 11e plaats.

Afgelopen vrijdag liep ik in Kiev over de grootste illegale dvd en cd markt van het westelijk halfrond. Al struinend tussen de verzamel cd’s met new age bagger en oude tangodeuntjes vond ik opeens de Engelstalige cd van Tina Karol. Nummer twee was, jawel: Russian Boy. Meteen gingen de alarmbellen rinkelen. De titel die ik bedacht was immers Russian Guy. Ik vroeg de verkoper van het stalletje of ik het nummer even mocht beluisteren en het bleek inderdaad te gaan om een zeer recente opname van onder meer mijn songtekst.

Ik had de manager van de zangeres al uitgelegd dat het gebruik van 'boy' zou klinken alsof Tina pedofiel was maar dat heeft blijkbaar weinig indruk gemaakt. Aangezien No one like my Russian Boy niet langer rijmde op Feelings I just can’t deny, werd die laatste zin gewijzigd naar He’s my ecstacy of joy. Ofwel Hij is mijn opwinding van vreugde. Ook Tina's uitspraak mag niet onvernoemd blijven. Zo zingt ze vol overgave I love the bitch in plaats van the beach.

Via welingelichte bronnen verneem ik dat Tina Karol een Oekraïense assistent heeft die veel van haar Engelse songteksten schrijft en haar begeleidt bij haar Engelse uitspraak. Hij heet DJ Pasja, presenteerde het songfestival in Oekraïne in 2005, staat bekend als polyglot en schreef de tekst waarmee Tina in Athene bijna haar borsten uit d’r hemd schudde onder het schallen van: Talk to my heart/Whisper my name/You’ll be my part/That’s why I came. Alsof ze kletsend klaar kan komen. Ik heb het vermoeden dat DJ Pasja ook aan mijn bezopen doch grammaticaal correcte songtekst heeft gezeten. Bravo Pasja!

woensdag, mei 17, 2006

Tina (3)

De Tina Karol B.V. verblijft deze week in Athene. Iedere avond rond een uur of acht kan heel Oekraïne een half uur lang naar een speciaal tv-programma kijken waarop te zien is hoe hun blonde zangeres zich voorbereid op de grote avond van het Eurovisiesongfestival, een ware cultus hier, sinds de overwinning van Ruslana in 2004. Natuurlijk zingt Tina niet het nummer Russian Guy waar ik de Engelse tekst voor schreef. Ze zingt iets anders, ik weet het niet eens precies. Maar the Russian Guy is wellicht regelmatig on her mind geweest deze week. De Tina Karol B.V. en ik waren namelijk verwikkeld in keiharde onderhandelingen omtrent de copyrights voor de songtekst.

Na flink wat heen en weer gebel met haar juridische assistent, mijn leraar Russisch en een bevriende muzikant hebben de mensen van Tina een speciale clausule uit mijn contract verwijderd waarmee ik toestemming gaf de songtekst te wijzigen en door te verkopen aan derden zonder ooit nog mijn naam te vermelden. Dit was volgens de bevriende muzikant een totaal onredelijke clausule waar ik, ook gezien het door mij ontvangen honorarium, absoluut niet akkoord mee moest gaan. Bovendien is het voor mijn toekomstige carrière als ‘internationale songwriter’ in Oekraïne belangrijk dat ik naamsbekendheid verwerf, aldus mijn leraar Russisch annex impresario.

Maar gisteren was het zover. Vanuit Athene arriveerde een email met het nieuwe contract en ik kon tekenen. Al dagen was ik bestookt met smsjes uit songfestivalland: “When can you sign? Can we send someone to collect the documents? We will remove the clause.” Ik printte ik vier kopieën van het contract uit, zette mijn handtekening en stuurde de volgende boodschap naar Athene: “Signed contract.” Een half uur later ging de telefoon. Een vrouwenstem zei: “Where are you now?” Ik antwoordde dat ik op weg was naar Russische les. “Someone named Sergey, driving a dark grey Volvo will be waiting for you in front of metrostation Arsenalna. He will be underneath the statue of a cannon and he will collect the documents.”

Een kwartier later was ik op het bewuste metrostation en zocht naar de Volvo. Er stond een rij van tien auto’s waarvan minstens twee donkergrijs. De een-na-laatste bleek een Volvo met geblindeerde ramen. Tegen de bumper hing een kalende man in een Hawaïblouse. Hij was driftig aan het praten met een kerel in een donker pak. “Sergey?” vroeg ik met onzekere stem. “Yes I am Sergey and I work for Tina and I am here to collect the documents” zei de kale in de Hawaïblouse. Ik haalde het stapeltje papieren te voorschijn. Hij telde ze, alsof het dollarbiljetten waren en wij zojuist een belangrijke drugsdeal sloten. “Looks OK. Thank you.” Sergey stapte in en scheurde via het trottoir de stad in.

dinsdag, mei 16, 2006

Dansen

Op een winterse middag in maart liepen we er voor het eerst tegenaan. De dansende oudjes van Hydropark, een park op een van de eilanden in de Dniepr. Hydropark werd, naar ik schat, in de jaren vijftig aangelegd ter vermaak van het stadsvolk. Er zijn draaimolens, schiettenten, tafeltennistafels, en mannen die shasliks voor je grillen. Je gaat er met de metro heen, koopt bij een baboesjka voor 10 cent een zakje semetsjka’s (zonnebloemzaden) en loopt al knagend het park in.

Zo’n tweehonderd meter vanaf het metrostation ligt een betonnen plein met prieeltje. Uit verborgen luidsprekers schallen oude foxtrots en nieuwe smartlappen. Het plein staat in het weekend en op feestdagen vol met oude mensen. Ze hebben hun spullen in een plastic zak aan een tak in een boom gehangen en ze dansen. In een krant las ik dat het veelal oorlogsveteranen zijn. De vrouwen zijn duidelijk in de meerderheid. Die dansen dan ook met elkaar, bij gebrek aan een man. Zomer en winter, in dikke jassen en mutsen met hun kleine lichtvoetige beentjes eronder of in hun mooiste pak of zomerjurk, zoals op 1 mei, toen onze vriend Thomas uit Nederland over was met een uitstekende videocamera in zijn kielzog. Hij maakte er een mooi filmpje van dat niet meer te zien is helaas, van zijn site gehaald.

maandag, mei 15, 2006

Gemak


Teruggeweest naar dorp L. om mijn Mexicaanse vriendin te bezoeken die er sinds drie weken woont. Een bevriende Oekraïense kocht hier, 200 kilometer ten zuiden van Kiev, een oud boerderijtje als pensionerings-adres. Ze leende het aan mijn vriendin Naomi die er de hele zomer en herfst zal wonen om een film te maken over het dorp.

De geleende boerderij van Naomi is in 1909 gebouwd, heeft stallen, twee ijskelders en een zomerkeuken in een apart gebouwtje waar je in de hete Oekraïense zomers kunt koken zonder het huis onnodig te verhitten. In het woonhuis staat een petschka, een enorme lemen houtkachel met uitstulpsels naar twee kamers. In een van die kamers heeft Naomi haar bed gemaakt op een uitstekend deel van de petschka, een plek die meestal wordt afgestaan aan de oudjes binnen een huishouden. In mei kunnen de nachten op het platteland nog behoorlijk fris zijn.

Het huisje werd vorig jaar voor 3000 dollar gekocht met kanten gordijntjes, linnenkast en al. Vijf jaar geleden stierf hier Baba Christa, Oma Christa, sindsdien stond het leeg. De röntgenfoto’s met haar kankergezwellen vinden we nog ergens in een houten kistje, evenals haar pantoffels naast de petscka en twee paar rubberen laarzen waar Naomi en ik mee over het land baggeren om te kijken hoe het met de savooienkool staat. Op het erf staat een diepe waterput waar je zware overvolle emmers uit omhoog moet takelen om je te wassen of de afwas te doen. De enige moderne luxe hier is elektriciteit: een paar kale peertjes aan het plafond, een tweepits kookstel en een plek om je mobiel op te laden .

Naomi heeft een ‘gemak’ laten bouwen op het erf. Eerst heeft de doodgraver van het dorp een diep gat gegraven en vervolgens hebben twee dorpsdronkaards over het gat een houten plank met gat gelegd en hieromheen een bakstenen huisje in elkaar geflanst. Ze kregen hier ieder 60 hryvna voor, ofwel 9 euro. De deur voor het gebouwtje is nooit gemaakt want nadat de twee aardbeineuzen hun loon ontvingen zijn ze verdwenen. Voor 60 hryvna koop je in de dorpswinkel immers minstens 4 liter wodka. Uit het gat van Naomi’s gemak stijgt nog niet die onnoemelijk smerige lucht op die ik elders in Oekraïne in publieke toiletteergaten aantref. Maar dat komt nog wel.

Ik ben naar het dorp gekomen om Bevrijdingsdag te vieren en te helpen bij de aanleg van een tuin bij het oude boerderijtje. Meegebrachte zaden van rucola en bloemen uit Nederland worden gedeeld met alle buurvrouwen die op hun beurt de kinderen langs sturen met verse eieren, melk en witbrood. Het is een welkome afwisseling met het ‘overdressed’ en opgesloten stadsleven in Kiev want er valt nog veel te doen aan en om het huis van wijlen Baba Christa. We gaan tekeer als bouwvakkers en m’n spijkerbroek begint vanachter al vervaarlijk af te zakken als ik zwetend een bakstenen pad aanleg naar de wc en om de bloementuin. Dit doen we om de plateauzolen van vette Oekraïense klei te voorkomen die bijna niet van je schoenen af te schrapen is na een paar natte dagen. Het resultaat is prachtig en al dit werk verzet ik natuurlijk niet alleen uit de goedheid van mijn hart: ik ga hier deze zomer nog heel veel terugkomen.

woensdag, mei 03, 2006

1 mei

Officieel op 30 april maar eigenlijk nog steeds niet helemaal geland in Kiev. In Nederland geweest voor de presentatie van Anders Komen de Wolven en een hoop feestjes. Ook was er bezoek de afgelopen dagen. Twee Nederlandse vrienden waarvan één, uitstekend Russisch sprekende, Slavist. Helaas voor de Slavist maar ook voor de rest van ons die hoopten op een glimpje vergane glorie uit het Soviet tijdperk, kwamen we op 1 mei te laat uit bed om de parade van deze nog altijd populaire feestdag mee te maken.

Om een uur ’s middags maakt de afgezette hoofdboulevard Kreschatik een wat slome indruk. Anderhalve mens en een paardekop in zondagse kleren. Wat betreft Sovietnostalgie moeten we het doen met een treurig Lenin look-a-like wedstrijdje georganiseerd door een winkel voor mobiele telefoons. Bij het standbeeld van Lenin zijn nog wat paradegangers blijven hangen om samen te mijmeren over vroeger en te klagen over nu. De gemiddelde leeftijd is minstens 70 en het ruikt er sterk naar zweet en oude kleren. De pensionado’s van Oekraïne zijn het slechtste af in deze nieuwe tijd. Eerst zagen ze tijdens de roebelcrisis begin jaren negentig hun zure spaarcenten verschrompelen tot vrijwel niets en vervolgens werd er na de oranje revolutie nog eens flink gesneden in hun pensioen. De meeste ouderen overleven dankzij een volkstuin en/of een baantje als conducteur of stratenveger. Overal zie je in lompen gehulde bejaarden vrouwen die zwaar werk verrichten.

Mijmeren bij Lenin


Als ik met mijn Nederlandse vriendin een schoenenwinkel induik missen we wellicht het meest nieuwswaardige aan de hele 1 meiviering in Kiev. Er loopt een man of tachtig extreemrechts radicalen voorbij. Als we de winkel uitkomen staan de mannen uit ons gezelschap ons smalend aan te kijken: dát hadden we weer gemist dankzij ons leeghoofdige materialisme. In de verte zie ik op de boulevard rood-wit-zwarte vlaggen verdwijnen en hoor ik nog wat gescandeer van de skinheads. Gadverdamme. We nemen de metro naar Hydropark, een eiland in de Dniepr, om shaslik te eten en vodka te drinken in de zon.

Creative Commons License
This work is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-NoDerivs 2.5 Netherlands License.